Selecteer een pagina
Review: Met rekenogen bekeken

Review: Met rekenogen bekeken

In 2020 is het boek ´Met rekenogen bekeken. Rekenactiviteiten voor jonge kinderen bij 45 prentenboeken´ van Rob van Bree en Hanneke van Bree uitgekomen (uitgeverij Acco). Dit is een vervolg op ‘Met rekenogen gelezen’.  Waar de eerste variant meer gericht is op groep 1 en 2. Is dit boek ook voor groep 3 en 4. In deze blog beschrijf ik mijn indruk van het boek en of ik het boek ga gebruiken in mijn rekenonderwijs.

Inhoud van het boek

In het boek worden 45 prentenboeken besproken. De prentenboeken zijn onderverdeeld in diverse domeinen: tellen en getalbegrip, meten en meetkunde. Dit maakt het eenvoudig om naar een prentenboek te zoeken wat aansluit bij je lesdoel.

Elk prentenboek wordt besproken volgens een vaste duidelijke opbouw. Het begint met de titel en een afbeelding van het boek. Naast de cover van het prentenboek staat een kader. In dat kader staat een korte samenvatting beschreven van het boek en de rekeninhoud.

Daarna worden de volgende onderdelen besproken:

  • Een kijkje in het boek: de omschrijving van het boek.
  • Met rekenogen bekeken: veel rekenvragen, rekenstrategieën en handvatten voor een rekengesprek rondom het prentenboek.
  • Rekenvervolg: opdrachten die de kinderen als vervolgopdracht kunnen maken.
  • Rekentaal: bij elk boek staan rekenwoorden omschreven die je expliciet kunt aanbieden.

Prentenboeken

Het leuke van het boek Met rekenogen bekeken is dat je in aanraking komt met andere prentenboeken. Met name het hoofdstukje een kijkje in het boek helpt daarbij.

In deze editie kan je o.a. rekenen met: De Gruffalo, De wereld van de Gorgels, Mag ik meedoen?, De tangramkat en Een gat in mijn emmer. Handig, want die boeken heb ik in mijn eigen boekenkast of inmiddels in die van mijn jongens. Zo kan ik direct opdrachten uit het boek uitproberen. Aangezien de auteurs benadrukken dat de boeken, op het moment van schrijven, eenvoudig te verkrijgen zijn heb ik de proef op de som genomen met twee boeken die mij aanspraken. Bij de bibliotheek heb ik gekeken of ik de desbetreffende boeken kon lenen. Dit ging eenvoudig en vlot door middel van een reservering. En anders heb ik nog het geluk met een fantastische bibliotheek op school.

Voorbeeld bij het prentenboek 1 + 1 = 3

Aangezien je in groep 3 veel aan het tellen bent (tot 100) was ik nieuwsgierig naar dit boek, de bijbehorende rekenvragen en opdrachten. In het boek gaan de kinderen op zoek naar een indringer. Dat is de afbeelding waar één te veel is. Het boek nodigt uit tot tellen. Geschikt voor groep 1 en 2 (tot 20), maar voor groep 3 en 4 is er de mogelijkheid om tot 100 te tellen. Het verkort en handig tellen wordt besproken in het boek bij het hoofdstukje met rekenogen bekeken.

De opdracht die wordt besproken bij het rekenvervolg is leuk! De kinderen maken zelf een telposter met indringers (of weglopers). Maak hier foto’s van en je hebt je eigen 1 + 1 = 3 prentenboek van de klas. Deze opdracht ga ik zeker uitproberen in de klas.

In het prentenboek worden ook plussommen besproken met hoeveelheden. Met de opdracht: welke afbeelding hoort er niet bij (deze opdracht komt uit het prentenboek zelf). De tekeningen zijn naar mijns inziens te onduidelijk en hierdoor ontstaat verwarring. Prettig vond ik om te lezen dat de auteurs er net zo over denken. Sterk is dat ze met een vervangende opdracht komen die wél uitvoerbaar is.

Wil je meer spelideeën over getalbegrip tot 100? Lees mijn blog.

Conclusie

Het boek ‘Met rekenogen bekeken’ is een meerwaarde voor elke school. Aangezien het een boek is voor groep 1 t/m 4 kan je er samen mee aan de slag. Het is niet een boek om in één keer uit te lezen, maar om te pakken wanneer je aan de slag wilt met een bepaald domein, rekendoel, thema of prentenboek. Het boek helpt je om op een laagdrempelige manier prentenboeken in te zetten in de rekenles.

Het fijne is dat er aanknopingspunten zijn om een goed rekengesprek te voeren met rijke rekentaal. Het zijn geen kant-en-klare lessen. Dit werkt voor mij persoonlijk goed, aangezien ik het liefst mijn eigen draai aan al mijn rekenlessen geef. De vervolgopdrachten passen goed bij de inhoud van het prentenboek, maar ook bij de rekendomeinen. De opdrachten zijn divers en met regelmaat staan er ook diverse varianten beschreven.

Beveel ik het aan?

Het boek Met rekenogen bekeken heeft mij enthousiast gemaakt over het rekenen met prentenboeken. Ook zonder het prentenboek erbij te hebben valt er veel uit het boek te halen. Kortom: zeker het aanschaffen waard wanneer je spelenderwijs aan de slag wilt met prentenboeken en rekendoelen. Ik ga ermee aan de slag!

Bedankt Uitgeverij Acco voor het sturen van een recensie-exemplaar!

Op Instagram deel ik zo nu en dan mijn rekenbelevenissen met prentenboeken. Volg me!

 

Rekenloopspel

Rekenloopspel

Speel met de klas een rekenloopspel. De kinderen gaan op zoek naar de rekenkaarten en maken de opdracht. Het antwoord vullen ze in op de invulkaart. Zijn alle opdrachten opgelost? Dan volgt er een zin of code. Op deze manier is eenvoudig te controleren of alle opdrachten goed uitgevoerd zijn.

Rekenloopspel zomer

Voor de groepen 2, 3 en 4 is er een gratis zomer-editie van het rekenloopspel beschikbaar.

Groep 2 probeert een kleurencode te kraken en groep 3 en 4 een zin. Het rekenloopspel is ook aan het begin van het schooljaar te spelen. Speel het rekenloopspel van groep 2 na de zomervakantie in groep 3 of het rekenloopspel van groep 3 aan het begin van groep 4. 

 Veel plezier ermee!

 

Extra aandachtspunten bij het rekenloopspel van groep 3
  • Van oefening 19 zijn twee versies gemaakt. Je kunt de versie printen waarop de opdracht op 1 papier wordt aangeboden of de versie waar de opdracht is opgesplitst in twee pagina’s zodat het doolhof op een groter formaat komt. 
  • Er is ook een Kahoot! versie van dit zomerse rekenloopspel.
In de winkel

Er zijn ook rekenloopspelen te koop. Kijk hieronder voor een overzicht. 

Naar buiten – deel 2

Naar buiten – deel 2

Nu de lente weer is begonnen en de zon vaker begint te schijnen is het natuurlijk fijn om weer veel buiten te zijn. De afgelopen weken ben ik al een aantal keer naar buiten gegaan om rekenles te geven.

Met de rekendoelen naar buiten

Een aantal rekendoelen van de afgelopen weken heb ik voorbij laten komen. Zo is getalbegrip nog steeds heel belangrijk. De vorige buitenles ging het voornamelijk over: van klein naar groot en het getal ongeveer op de getallenlijn tot 100 plaatsen. Deze week zijn we in de klas druk bezig geweest met het springen van de getallen en het tekenen op een getallenlijn.

Observeren

Als leerkracht observeer ik ook tijdens een buitenles welke leerlingen het lukt. Je weet vaak wel welke leerlingen meer moeite hebben met het rekenen. Deze leerlingen controleer ik altijd even extra. Het buiten rekenen is dus niet alleen vrijblijvend.

Springen van de getallen

In de klas hadden we al geoefend met het springen van getallen met sprongen van 10 en huppen van 1. We hadden daar al allerlei activiteiten meegedaan. Maar buiten is er natuurlijk veel meer ruimte…

We zijn eerst gaan springen naar diverse getallen tot 100. Eerst met elkaar hardop, bijvoorbeeld naar 34: 10 – 20 – 30, 31 – 32 – 33 – 34. De huppen van 1 klappen wij. Daarna mochten de leerlingen het op eigen tempo doen. Ik liet een getalkaart zien en zij sprongen er naar toe.

Tekenen van de getallen

Na het springen van de getallen mochten de kinderen een kaartje pakken en de getallen gaan tekenen met stoepkrijt. Hier zijn ze lange tijd mee bezig geweest. Op het laatst mochten ze nog zelf getallen verzinnen en die uittekenen. Dat varieerden van 1, 5 tot 120.

Automatiseren

Tot slot zijn we nog aan de slag gegaan met het automatiseren van de sommen tot 10. In de loop van de jaren heb ik al veel somkaartjes gemaakt die ik hiervoor gebruik. In verschillende kleuren, zodat ik weet om wat voor een somtype het gaat. Alle geleerde sommen heb ik bij elkaar in een bak gegooid. Iedereen kon een som pakken en het naar het goede antwoord brengen.

Deze activiteit doen we heel vaak, maar het blijft een succesnummer. Als variant doe ik het soms met een wachter erbij. De wachter moet dan controleren of het somkaartje wel in de goede insteekhoes komt.

Al met al was het heel verfrissend om weer een hele les buiten te kunnen geven na al die regen. Aanstaande dinsdag doen we weer mee met de buitenlesdag, dus gaan we weer heerlijk naar buiten! Wie ook?

 

Naar buiten!

Naar buiten!

Als het even kan en het programma laat het toe dan ga ik met de klas naar buiten. Gelukkig stel ik het programma zelf samen, dus naar buiten kan al snel. Even een frisse neus en een frisse blik naar de (reken)leerstof. Van de week hadden we geluk. Het was prachtig weer in februari. De jassen konden uit en de zonnebril op! Dan is een buitenrekenles extra genieten.

Aansluiten bij de rekenles

‘s Morgens hadden we een rekenles over de getallenlijn van 0 tot 100. De kinderen moesten getallen tot 100 ongeveer op de goede plek op de getallenlijn plaatsen. We hadden daarbij afgesproken dat je eerst kijkt of het getal meer of minder waard is dan 50. Daarna moesten ze, in het geval van minder, kijken of het getal dichterbij de 0 of 50 zit. En andersom natuurlijk of het dichterbij de 50 of 100 zit. We bespraken de helft van 50 en welk getal er precies tussen de 50 en 100 zit. Ook de tientallen kwamen aan bod: tussen welke tientallen zit het getal? Zo probeerden we de getallen op de goede plekken te krijgen. Veel informatie voor sommige kinderen zo direct na de vakantie.

Buurgetallen

Na de lunchpauze en het buiten spelen zijn we buiten gebleven om het zelf te gaan ervaren. We begonnen met het pakken van een getalkaart en dan de buurgetallen bepalen. Dit hebben we voor de vakantie al vaker besproken. We schreven dit met stoepkrijt op het plein.

Getallenlijn tot 100

Daarna gingen we verder met het inoefenen van de getallenlijn tot 100. Ik tekende een grote getallenlijn op het plein. 0, 50 en 100 had ik hierop aangegeven. Vervolgens pakte alle kinderen een kaart en gingen op de goede plek staan. Extra lastig omdat alle 18 kinderen uit groep 3 meededen en ze ook nog van klein naar groot moesten staan (herhaling). De getallen tot 50 waren snel gedaan, boven de 50 was iets lastiger… Maar met elkaar kwamen we er prima uit!

Getalkaart op de goede plek leggen

Als laatste opdracht moest iedereen in een tweetal zelf een getallenlijn tekenen en zes getalkaarten op de goede plek leggen. Dit ging al een stuk beter! Uiteindelijk gingen we voldaan weer het klaslokaal in. Allemaal weer een (succes)ervaring rijker!